Lettergrootte:

Informatie

Auteursvermelding: Jojanneke Clarijs
Dorpsstraat 64 "De Bourgondische Lelie"
Gemeentelijk monument
Datering: 1839
Locatie: Bunschoten - Spakenburg, Bunschoten
Dorpsstraat 64, 3751 ES
Coördinaten: 52.24095,5.373852
Gebied: Gemeentelijk beschermd dorpsgezicht "Historische-As Bunschoten" (Centrale-As)
Naam object: Dorpsstraat 64 "De Bourgondische Lelie"
Onderdelen: boerderij
Vroegere functie: agrarisch
Opdrachtgever: Reintje Arends van de Kolk
Auteursrechten:
 
Inleiding
De Dorpsstraat stamt uit de dertiende eeuw en vormt de hoofdas van Bunschoten. Oorspronkelijk bestond Bunschoten uit een agrarische nederzetting met lintbebouwing op smalle kavels aan de Dorpsstraat. De maat van de kavels ontstond tijdens de veenontginningen in de in twaalfde eeuw. Bunschoten kreeg in de veertiende eeuw stadsrechten van de Bisschop van Utrecht, waarna de stadsgracht en burgwal in een ovale vorm werden aangelegd. De Dorpsstraat doorsnijdt de ovale plattegrond in noord-zuid richting. Parallel eraan werden walletjes met dwarsverbindingen aangelegd die gezien kunnen worden als een aanzet tot een stratenpatroon. De stad is nooit tot wasdom gekomen omdat ze begin vijftiende eeuw grotendeels verwoest werd in een strafexpeditie van de Bisschop van Utrecht, nadat Bunschoten in een conflict de zijde van de Hertog van Bourgondië had gekozen. Tot de dag van vandaag wordt het beeldbepalende karakter van Bunschoten bepaald door de agrarische bebouwing aan de Dorpsstraat. De boerderijen zijn door de eeuwen heen gebouwd met de nok haaks op de Dorpsstraat, op een lang, smal, kavel. Het erf bevond zich aan de smalle zij- en diepe achterkant van de kavels. De boerderijen in Bunschoten vallen onder het Hallenhuistype. Dit type boerderijen heeft een driebeukige plattegrond met een hoge middenbeuk en lage zijbeuken. De Bunschotense boerderijen horen bij een subtype van het hallenhuis: het middenlangsdeeltype. Het hooi wordt niet in de boerderij opgeslagen maar op het erf in hooibergen,en het woongedeelte is van de boerderij afgescheiden in een voorhuis. Binnen dit type bestaat de langhuisboerderij, de T-boerderij en het krukhuis. Het overgrote deel van de Bunschotense boerderijen was in gebruik als melkveebedrijf. In de negentiende en twintigste eeuw werd tussen de boerderijen aan de Dorpsstraat gaandeweg meer bebouwing toegevoegd. De stadsboerderijen aan de Dorpsstraat hebben na ca. 1980 hun agrarische functie grotendeels verloren en zijn merendeels in gebruik geraakt als woonhuis. Op de plaats van Dorpsstraat 64 stond eerst een herberg/boerderij met de naam ‘Het Statenwapen’. In 1839 werd de langhuisboerderij ‘De Bourgondische lelie’ gebouwd. Gele ijsselsteentjes in de rechterzijgevel geven dit jaartal weer, alsmede de initialen RAVDK, de initialen van Reintje Arendsdochter van de Kolk. Het gebouw laat veel bouwsporen zien waaraan verschillende bouwfases af te lezen zijn. Het lijkt bijvoorbeeld aannemelijk dat de boerderij eerder een rieten dak heeft gehad. De boerderij is in 1971 gerestaureerd en is tegenwoordig als winkel en woonhuis in gebruik.

Omvang bescherming
De bescherming omvat de langhuisboerderij uit 1839.

Stedenbouwkundige en landschappelijke aspecten
De boerderij ligt vrijstaand aan de westzijde van de Dorpsstraat. Net als veel boerderijen aan de Dorpsstraat staat het gebouw dicht op de rooilijn. Tussen de straat en de voorgevel is een lage stoep aangebracht met sierbestrating bestaande uit rode baksteen, ijsselsteentjes en zwerfkeitjes. Aan de rechterkant wordt de boerderij geflankeerd door het erf van de boerderij Dorpsstraat 60, aan de linkerkant bevindt zich het eigen erf.

Architectonische beschrijving
Exterieur ‘De Bourgondische lelie’ is een langhuisboerderij met een zadeldak van Hollandse pannen dat haaks op de straat staat. Aan de schoorsteen en de knik in de nok is te zien waar het oude woonhuis overgaat in de stal. De tuitgevel aan de voorzijde is gemetseld in rode baksteen in kruisverband. De gevel is symmetrisch en drie assen breed en heeft een geteerde plint. In het midden bevindt zich de voordeur onder een geprofileerd kalf en een bovenlicht versierd met snijwerk in empirestijl. Boven de voordeur, in de top van de gevel is een zesruits schuifraam aangebracht. De deurpartij en het schuifraam worden aan de bovenzijde bekroond door een hanenkam. Links en rechts van de voordeur is een negenruits nieuw raam met luiken geplaatst. De ramen worden bekroond door een rechte rollaag. In het vlechtwerk van de top en boven het zesruits schuifraam bevinden zich sierankers. De top wordt bekroond door een windijzer. De rechterzijgevel heeft in het woonhuisgedeelte een zesruits venster. In het midden van de gevel is een driedelig venster aangebracht waarin links en rechts een roedeverdeling in Expressionistische stijl aangebracht. Rechts van dit raam is een kleine ronde oculus aangebracht. In het achterste gedeelte van de gevel bevindt zich een halfrond gietijzeren stalraam. De linkerzijgevel bevat in het woonhuisgedeelte een groot driedelig raam het een Expressionistische hoofdverdeling. In het middendeel heeft het een negenruitsverdeling; aan weerszijden een drieruitsverdeling. In het middendeel van de gevel zijn twee negenruits vensters geplaatst. Links daarvan bevindt zich een nieuwe voordeur en twee nieuwe vensters. Tegen de achtergevel is een aanbouw gesitueerd. Het achterste dakvlak is uitgevoerd als een schilddak in geglazuurde zwarte pannen. Interieur In het interieur zijn alleen de kapconstructie en de rieten dakbedekking, aanwezig onder de pannen, van belang.

Waardestelling
Het woonhuis is vanuit cultuurhistorisch, architectuurhistorisch en stedenbouwkundig oogpunt van algemeen belang voor Bunschoten: - als onderdeel van en als herinnering aan de agrarische ontwikkelings- en bewoningsgeschiedenis van Bunschoten; - vanwege de beeldbepalende ligging aan de Dorpsstraat; - vanwege de gaaf bewaarde en herkenbare hoofdvorm van de langhuisboerderij. - vanwege het redelijk gaaf bewaarde typerende en karakteristieke materiaalgebruik en detaillering; - als onderdeel van de dorpse omgeving met een gave structuur en een herkenbaar visueel karakter.

Bronnen en literatuur
- Cazemier, D., en B. Olde Meierink., Monumenten Inventarisatie Project, Gemeente Bunschoten., Provincie Utrecht. Dienst Ruimte en Groen, 1992, 5.2 Objectinventarisatie, objectnummer 16. - Dekkers. O., ‘Het verhaal van het ‘Groote huijs’’, Bunschoten Historiael, 1991, p. 21-23. - Gaasbeek F., ‘Bunschoten, geschiedenis en architectuur’, Uitgeverij Kerckebosch BV, Zeist 1992, p. 100. - Gemeente Bunschoten, ‘Zicht op monumenten. Een nota over het monumentenbeleid in de gemeente Bunschoten’, Bunschoten 1986, Hoofdstuk VII Inventarisatie van de panden, Objectnr: Bun 20.



Commentaar/Reacties

Er zijn nog geen reacties op dit item
Titel (niet verplicht)
Naam (niet verplicht)
Bericht
Upload
Beveiligingscode:
Niet leesbaar? Vernieuw tekst